Op pad met Hans Tijmes: beleving van de natuur (6)
Maandelijks ga ik op pad met een Nunspeter. Hij of zij vertelt waarom de natuur zo belangrijk is. Ik heb afgesproken met Elly Kleuver (85). De wandeling die zij uitkoos, begint aan de linkerkant van de Van Petersom Ramringweg, 500 meter voordat het fietspad naar rechts afbuigt naar de Waskolk. Dan zie je ze voor je: Hemlocks, majestueuze kaarsrechte bomen, 70 meter hoge schoonheid, in alle jaargetijden groen.
Hans Tijmes
Elly: “Mijn dochter Karen, haar hond en ik, wandelden hier graag; wij noemden het hier liefkozend ‘ons Hemlockbos’. Ja, ik houd van de bossen, ik heb wat met bomen. Vooral in het voorjaar, als de stammen donker afsteken tegen het jonge veelkleurige groen: schitterend! Ik ben er in Apeldoorn als kind mee opgegroeid. Nu woon ik al jaren in Nunspeet, daar is alles: water, beken, hei en bos. Zie je dat? Het naaldendak filtert de zon; een prachtig schouwspel van licht en donker. Bomen kennen onze verhalen. Het is hier waar de sprookjes worden geboren en verteld. Op 4 Mei dacht ik terug aan de dood van oom Rein Mulder, de beste vriend van mijn ouders; hij werd een paar dagen voor de bevrijding, aan de rand van het bos, vlak bij zijn huis door Duitsers opgepakt met door de geallieerden gedropte geweren in zijn fietstas. Na een paar dagen in gevangenschap is hij met zestien andere verzetsmensen, in het bos tussen Apeldoorn en Hoog-Soeren geëxecuteerd, nadat ze eerst hun eigen graf moesten graven. Ook denk ik hier, tussen het beschermende groen van de afhangende Hemlocktakken, waar wij tijdens de vele wandelingen ons zo verbonden voelden, terug aan Karen. Omdat zij goed haar woordje kon doen, werd haar non-verbale handicap op school vaak niet begrepen, waardoor ze een paniekstoornis ontwikkelde. Ze heeft veel moeten doorstaan in haar leven. Ten slotte kon ze het leven niet meer dragen.”
“Nu, na een heel moeilijke tijd, geven de Hemlocks en het zachte groen om me heen én, vooral in april, de krentenboompjes met witte bruidsboeketten weer wat vreugde. Kijk, sommige kegels hebben een witkleverige substantie op de top van de kegelblaadjes, hier, voel je het? Daarmee beschermt de kegel zich tegen insecten, die kunnen dan niet naar binnen, de zaadjes aanvreten, hoe prachtig is de natuur.
Ik heb mijn huis ‘Rivendell’ genoemd, overeenkomstig het huis van de Elfen, waar J.J.R. Tolkien, de schrijver van Hobbit en In de Ban van de Ring, het over heeft. Mensen hebben, evenals de Elfen, een toevluchtsoord nodig in de natuur met warmte en gezelligheid om weer op verhaal te komen.”